De huid van het paard

Epidermis:

Dit is de buitenste / bovenste laag van de huid, die bestaat uit verschillende lagen van epitheelcellen. De epidermis beschermt het lichaam tegen invloeden van buitenaf, zoals schadelijke stoffen en bacteriën. Het bevat ook melanocyten, die verantwoordelijk zijn voor het produceren van pigment (melanine), wat de kleur van de huid en vacht bepaalt.

Dermis:

Direct onder de epidermis bevindt zich de dermis, ook wel de lederhuid genoemd. De dermis bevat bloedvaten, zenuwen, haarzakjes, talgklieren en zweetklieren. Deze laag speelt een cruciale rol bij het reguleren van de lichaamstemperatuur door het produceren van zweet en het verwijden of vernauwen van de bloedvaten. Het bevat ook zenuwuiteinden die het paard in staat stellen aanraking en pijn waar te nemen.

Subcutis:

Onder de dermis bevindt zich de subcutis, ook wel het onderhuids vetweefsel genoemd. Dit is een laag van vet- en bindweefsel die helpt bij het isoleren van het lichaam en het opslaan van energie.

Haarzakjes:

Haarzakjes zijn structuren in de dermis die de haren produceren. Elke haarfollikel bevat een haarwortel en spieren die het haar kunnen laten bewegen, zoals bij het opzetten van de manen of het verhogen van de vacht voor isolatie.

Zweetklieren:

De huid van een paard bevat zweetklieren die helpen bij het reguleren van de lichaamstemperatuur. Wanneer het paard oververhit raakt, produceert het zweet, dat verdampt en warmte afvoert.

Talgklieren:

Talgklieren produceren talg, een olieachtige substantie die de huid en vacht beschermt en hydrateert.

De huid van een paard heeft een aantal belangrijke functies, waaronder bescherming tegen invloeden en infecties van buitenaf, regeling van de lichaamstemperatuur, zintuiglijke waarneming en communicatie (bijvoorbeeld via haren die reageren op prikkels). De huid is een prachtig en complex orgaan dat essentieel is voor het welzijn en de gezondheid van het paard.